Drie nieuwe vakprijzen: Persoon - Bureau - Organisatie
De Beroepsvereniging van Nederlandse Stedenbouwkundigen en Planologen (BNSP) bestaat 25 jaar. Ter gelegenheid van het jubileum introduceert de BNSP een nieuwe vakprijs met drie verschillende categorieën. Jaarlijks spreekt de vereniging haar bijzondere waardering uit voor een persoon, een bureau en een organisatie vanwege hun uitzonderlijke bijdrage aan de ontwikkeling en positionering van stedenbouw en planologie.
In elk van de categorieën zijn drie genomineerden voorgedragen waarop de leden van de beroepsvereniging vanaf volgende week kunnen stemmen.
De nieuwe prijzen worden uitgereikt op 30 januari in Utrecht, tijdens de presentatie van het boek
de ‘Stand van de Stedenbouw’.
Organisatie
De drie genomineerde gemeentes geven elk op hun eigen manier blijk van ambitieuze en weldoordachte ruimtelijke visies, beleidskaders én regie en daadkracht op de uitvoering van hun ruimtelijk kwaliteitsbeleid. Ze omarmen verschillende samenwerkingsvormen, zoals de inzet van stadsbouwmeester(s), en schuwen het debat met de stad niet. Ook verbinden ze een lange traditie van ruimtelijke visies, ambitieuze projecten en gewogen besluitvorming met bestuurlijke continuïteit en langjarige ambtelijke inzet. De organisatie is van bestuurder tot ambtenaar doordrongen van de planologische en stedenbouwkundige bijdrage aan de ontwikkeling van de stad en de inzet van ontwerpkracht.
Gemeente Tilburg
Verstevigen van ontwerp- en bouwcultuur in beleid
en uitvoering
Tilburg valt op door een integrale kwaliteitsaanpak in de ruimtelijke ontwikkeling, met als speerpunt het verder verstevigen van de Tilburgse bouw- en ontwerpcultuur. Grootschalige opgaven zoals de herontwikkeling van de Spoorzone worden opgepakt met lef, waarbij “kwantiteit en kwaliteit elkaar versterken”. Het college, met voorop wethouder Bas van der Pol, plaatst ontwerpkracht centraal in haar opgaven: “hij pleit ervoor om meer ruimte voor het experiment te scheppen, stadsdelen met elkaar te verzoenen en de bewoner altijd centraal te stellen” (uit interview Cast online). De Omgevingsvisie wordt mede daarop herijkt met een heldere langetermijnvisie op de opgaven én kwaliteit van Tilburg. De ambtelijke organisatie werkt nauw samen met partners zoals CAST Tilburg maar ook met lokale en internationale architecten. Deze kruisbestuiving zorgt voor een opleving in inspiratie en samenwerkingen.
Gemeente Groningen
Vergroening, ruimtelijke kwaliteit en expertise
Groningen kiest voor een compacte en groene groeistrategie. De nieuwe omgevingsvisie “Levende Ruimte” legt vast dat de groei binnen de bestaande stad plaatsvindt en de groene ruimte rondom gerespecteerd blijft. De gemeente werkt van opgaven naar strategie: zo geeft het recent gepubliceerd Strategisch Kader Geleide Groei richting aan de binnenstadontwikkeling. De stad zet zwaar in op expertise: sinds februari 2024 functioneren Ben van der Meer en Michiel van Driessche als stadsbouwmeesters, met de opdracht om samenhang en ruimtelijke kwaliteit te versterken. Wethouder Rik van Niejenhuis (ruimtelijke ordening) – zelf planoloog – benadrukt bij nieuwe woningbouwprojecten expliciet kwaliteit, groen en leefbaarheid. Met een lange traditie van een onafhankelijke stadsbouwmeester en nauwe samenwerking met Platform GRAS en andere lokale ontwerpinitiatieven, toont Groningen continuïteit in visie en innovatie binnen de organisatie.
Gemeente Zwolle
Leefbaarheid, innovatie en publieke betrokkenheid
Zwolle ontwikkelt een gedegen langetermijnvisie en gebruikt innovatieve procesmethoden. In “Ons Zwolle van Morgen 2030” en het onlangs vrijgegeven Toekomstperspectief staan betaalbare, groene en leefbare woonwijken centraal. De gemeente kiest voor een omgekeerde planning: eerst gebiedsvisies met inwoners opstellen om op basis daarvan de formele omgevingsvisie vast te stellen. Via voorkeursrecht wordt de regie op kwaliteit behouden. Wethouder Gerdien Rots stelt dat Zwolle “wil groeien mét de stad”, met nadruk op een zorgvuldig proces waarin inwoners vanaf het begin meedenken. Sinds 2023 is Sjoerd Feenstra aangesteld als allereerste stadsbouwmeester. Hij verbindt expliciet beleid met concrete projecten en stimuleert innovatieve woningoplossingen. Ook het Zwolse Architectuur Podium werkt nauw samen met de gemeente (en ontwikkelaars) om publieke betrokkenheid en kwaliteit te vergroten. De Gemeente Zwolle combineert een duidelijke visie en bestuurlijke continuïteit met actieve betrokkenheid van lokale ontwerpambassadeurs.
Bureau
In deze categorie nomineert de BNSP drie stedenbouwkundige bureaus die het vak uitdragen. Het zijn bureaus die op hun eigen unieke wijze de stedenbouw als geheel vooruithelpen en een voorbeeldfunctie vervullen. Door vertegenwoordigingen in commissies, eigen publicaties, organiseren van vakdebat en bijdrage aan brede(re) maatschappelijke discussies. De betrokkenheid en expertise zijn niet afhankelijk van één individu, maar worden uitgedragen door het gehele bureau. Elk van de genomineerden profileert zich bovendien nadrukkelijk op een relevant en urgent thema binnen de stedenbouw.
Urhahn
Diepgang en intellectueel leiderschap van concepten
Urhahn blinkt uit door een sterke staat van dienst, met projecten op uiteenlopende schaalniveaus: van rijksstrategieën tot binnenstedelijke verdichting. Het bureau combineert theorie—met Tess Broekmans als hoogleraar Urban Design aan de TU Delft—met praktijk in het dagelijkse werk op het bureau. Publicaties over de ‘spontane stad’ en ‘beweegvriendelijke stad’ tonen een scherpe visie op hedendaagse stedelijke uitdagingen. Ze zijn een stevig pleidooi voor het ongeremde of het toevallige en omarmen actuele thema's als het behoud van werkfuncties in de stad. Het team draagt gezamenlijk bij aan het publieke debat, onder meer via lezingen en in de media. Met de focus op gezondheid en adaptieve stedenbouw profileert het bureau zich als een toonaangevende stem in het vakgebied.
De Zwarte Hond
Strategische invloed in de bouwwereld en investeren in de toekomst
De Zwarte Hond is een landelijk en ook internationaal toongevend bureau op het gebied van architectuur en stedenbouw. De brede directie toont leiderschap met partners in sleutelrollen: Jeroen de Willigen leidt de BNA, Daan Zandbelt als spoorbouwmeester, Bart van Leeuwen fungeert als stadsbouwmeester, en Lisa van der Slot is hoofdredacteur van Forum. Ze initieerden Foundation YOU (Young Optimistic Urbanists), stimulerend voor jonge ontwerpers, en zijn betrokken bij publicaties als METRO 010 en de eigen uitgave Out There. Strategisch en stedenbouwkundig sterk, dragen ze actief bij aan het vakdebat. Door bestuurlijke betrokkenheid en innovatieve kennisdeling verbinden ze visie met praktijk. Een bureau dat voortdurend het gesprek over de toekomst van de stad voedt.
PosadMaxwan
Innovatieve en datagedreven oplossingen voor urgente maatschappelijke opgaven
PosadMaxwan vernieuwde het vakgebied door de regionale schaal te herintroduceren in het ontwerp. Als geen ander weten zij data te koppelen aan ontwerp, zoals met hun eigen Walkability-tool. Met partners als Han Dijk, Rients Dijkstra en Emile Revier zetten ze in op kennisdeling en onderzoek, met een eigen onderzoeksagenda die theorie en praktijk verbindt. Met hun strategische visies en MIRT-verkenningen opereren ze op het snijvlak van strategie en ontwerp. Daarnaast ze weten zich te onderscheiden met een eigen signatuur een aandacht voor actuele thema's als de energietransitie en duurzaamheid
Een bureau dat innovatie en impact centraal stelt, en zo het gesprek over ruimtelijke planning verrijkt.
Persoon
Elk van de genomineerden in deze categorie levert op geheel eigen wijze een bijdrage aan het veranderend denken over planologie. Ze weten met een combinatie van gedrevenheid en verbeeldingskracht verschillende disciplines te verbinden. Ze zijn uitgesproken en inspirerend.
Peter Pelzer
Vernieuwende langetermijndenker
Peter Pelzer is als planoloog een vernieuwende denker die met kennis, langetermijndenken én verbeeldingskracht het debat over de toekomst van ruimtelijke ordening verrijkt. Als kersvers hoogleraar Ruimtelijke Planning en Strategie aan de TU Delft verbindt hij academisch onderzoek met maatschappelijke praktijk. Zijn essay over planning voor de lange termijn bracht het vakgebied opnieuw in beweging en zette aan tot reflectie over verantwoordelijkheid, tijdshorizon en waardecreatie. Ook in onderwijs en debat toont Peter een uitzonderlijke betrokkenheid: als Landelijk Docent van het Jaar en als initiator van de ‘Big Question Week’ maakt hij planologie tastbaar en actueel. Hij slaat bruggen tussen onderzoek, beleid en ontwerp, en weet anderen te inspireren om vooruit te denken – planologie als discipline van de toekomst.
Anne van Kuijk
Verbeeldingskrachtige verbinding
Anne van Kuijk is als geen ander in staat Rijk, provincie, regio en dorp of stad met elkaar te verbinden. “Ge kunt ut ook niet doen,” is een van haar typerende uitspraken – maar zelf doet ze het juist wél: ze brengt beweging in vastgelopen systemen. Met een sterke persoonlijke drive zet ze zich in om omgevingskwaliteit in het hart van maatschappelijke opgaven te krijgen. Niet via regels of plannen, maar door de kracht van verbeelding, kunst en cultuur. Ze weet beleidsmakers, ontwerpers en bewoners te raken met verhalen, beelden en ontmoetingen die het menselijke en culturele aspect terugbrengen in de vaak technocratische wereld van de ruimtelijke ordening. Dat deed ze onder meer met Mozaïek Brabant, het wandtapijt van Noord-Brabant, de Landschapstriënnale, de Stijlprijzen Omgevingskwaliteit en Panorama Nederland in Brabant. Daarmee is Anne een inspirerende pleitbezorger voor een mensgerichte planologie.
Marco te Brömmelstroet
Het gezicht van duurzame mobiliteit
Marco te Brömmelstroet laat zien hoe planologie en mobiliteit onlosmakelijk verbonden zijn met waarden, gedrag en cultuur. Als hoogleraar Stedelijke Mobiliteit aan de Universiteit van Amsterdam – en bekend als de ‘fietsprofessor’ – zet hij zich in voor de mensvriendelijke, autoluwe stad. Met zijn boeken, opiniestukken, mediaoptredens en stevige aanwezigheid in het publieke debat weet hij complexe vraagstukken terug te brengen tot wat ze werkelijk zijn: keuzes over de kwaliteit van leven. Hij geeft planologie een herkenbaar en toegankelijk gezicht, verbindt wetenschap met praktijk en nodigt uit tot kritisch denken over hoe we ruimte, mobiliteit en samenleving vormgeven. Daarmee is Marco niet alleen een pleitbezorger van duurzame mobiliteit, maar ook van een planologie die de mens daarin centraal stelt.